De interesse in gedeelde e-bikes en e-scooters, ook wel micromobiliteitsvoertuigen genoemd, neemt toe in Australië. Veel steden en lokale gemeenten hebben in samenwerking met private exploitanten zoals Lime, Beam en Neuron gedeelde scootersystemen geïmplementeerd. Er is echter verdeeldheid onder het publiek over deze programma’s, waarbij sommigen ze zien als een voorbijgaande trend of een verstoring van het transportsysteem.
Ons onderzoek, uitgevoerd in verschillende steden in drie verschillende landen, biedt een andere kijk op de zaak. We hebben ontdekt dat gesubsidieerde micromobiliteitsprogramma’s aanzienlijke voordelen kunnen bieden aan kwetsbare gebruikersgroepen. Veel exploitanten, waaronder Lime, bieden gereduceerde ritprijzen aan klanten met een laag inkomen.
Uit ons partnerschap met Lime is gebleken dat Lime Access-klanten, die subsidies ontvangen, vijf keer vaker gedeelde e-scooters en e-bikes gebruiken voor hun dagelijkse reizen dan niet-gesubsidieerde gebruikers. Ze zijn ook twee keer zo vaak geneigd om ze te gebruiken voor essentiële reizen, zoals woon-werkverkeer of winkelen, en om verbinding te maken met het openbaar vervoer.
Voor veel Lime Access-klanten biedt micromobiliteit de mogelijkheid om te reizen zonder auto, waardoor een autovrije of autolichte levensstijl mogelijk wordt. Dit biedt niet alleen gemak, maar draagt ook bij aan duurzamere transportsystemen.
Bovendien hebben onze onderzoeken aangetoond dat mensen met een handicap profiteren van deze programma’s. De elektrische motor van e-scooters en e-bikes helpt vermoeidheid en belasting te verminderen, waardoor het voor mensen met medische aandoeningen of lichamelijke beperkingen gemakkelijker wordt om hun bestemmingen te bereiken.
Om de voordelen van gesubsidieerde micromobiliteitsprogramma’s te maximaliseren, kunnen overheden een cruciale rol spelen. Ze zouden zich moeten richten op het vergroten van het bewustzijn van deze programma’s onder potentiële gebruikers en het creëren van kaders die hun uitbreiding ondersteunen. In de Verenigde Staten hebben steden zoals Washington, DC, gelijkheidsvereisten opgenomen in hun servicecontracten met micromobiliteitsexploitanten, waarbij de kosten voor exploitanten worden verlaagd op basis van het aantal klanten met een laag inkomen dat zij bedienen.
In Australië is het essentieel dat lokale en nationale overheden verder gaan dan alleen het reguleren van deze programma’s en zich in plaats daarvan richten op een naadloze integratie binnen het algehele transportsysteem. Door de juiste stimulansen te bieden, kunnen we ervoor zorgen dat micromobiliteit voordelen biedt aan degenen die de meest betaalbare en toegankelijke transportopties nodig hebben.
Conclusie: gesubsidieerde micromobiliteitsprogramma’s bieden niet alleen een leuke en handige manier van vervoer, maar bieden ook aanzienlijke voordelen voor kwetsbare gebruikersgroepen. Met de juiste ondersteuning en integratie kunnen deze programma’s zorgen voor een meer rechtvaardig transportsysteem voor iedereen.